Veroorzaker
Alternaria alternata f.sp. cucurbitae, Botrytis cinerea, Choanephora cucurbitarum, Fusarium spp., Lasiodiplodia theobromae, Myrothecium roridum, Penicillium digitatum, Phomopsis cucurbitae, Phytophthora spp., Pythium spp., Rhizoctonia solani, Rhizopus stolonifer, Trichothecium roseum en andere schimmels.
Verspreiding
Wereldwijd
Symptomen
De symptomen kunnen variëren, afhankelijk van milieuomstandigheden en de aanwezigheid van de ziekteverwekkende schimmel(s).


Voorwaarden voor ziekteontwikkeling
Schimmels die tot vruchtrot leiden, dringen de vruchten binnen op de plaats waar ze contact maken met vochtige grond. Ook wonden en vastzittende bloesems vormen toegangspunten voor schimmels die vruchtrot veroorzaken. Vruchten zullen sneller geïnfecteerd worden wanneer de relatieve vochtigheid hoog is of vrij vocht aanwezig is op vruchtoppervlakken. Ook schade door afkoelen kan vruchten vatbaarder maken voor infectie door schimmels die vruchtrot veroorzaken.
Bestrijding
Teeltwijzen waarbij voorkomen wordt dat vruchten contact met het grondoppervlak maken, beperken de schade aan de vruchten, vooral tijdens het oogsten en verpakken, en beperking van vrij vocht op vruchtoppervlakken na het oogsten zullen de incidentie van vruchtrot doen afnemen. In sommige gevallen kan gebruik van fungiciden na het oogsten verliezen door vruchtrot helpen voorkomen. Het succes van een behandeling van vruchten met heet water en fungiciden na het oogsten, bij het bestrijden van latente infecties, is beperkt.