Ziektewijzer

Pseudocercospora fuligena (syn: Cercospora fuligena)

Afrika, China, India, Japan, Maleisië, Mexico, Filippijnen en VS

Het eerste symptoom is een gelige verkleuring aan de bovenkant van het blad die zich later uitbreidt en dan een bruinachtige laesie omgeven door een gele ring vormt. Wanneer de vochtigheid hoog is, treedt grijze tot zwartgrijze schimmelsporulatie op aan de onderkant van het blad. Deze ziekte wordt soms als Black Leaf Mold (‘zwarte bladschimmel’) aangeduid, vanwege deze donkere schimmelsporulatie. Wanneer de ziekte ernstig is, zullen de laesies samengroeien, met inzakking van het bladweefsel tot gevolg. Vanwege de vergelijkbare symptomen wordt deze ziekte wel verward met de bladschimmel die wordt veroorzaakt door Fulvia fulva.

Deze schimmel kan overleven op besmette plantenresten en alternatieve gastheren zoals zwarte nachtschade. Hoge vochtigheid en hoge (27 °C, 81 °F) temperaturen bevorderen ziekteontwikkeling en sporulatie. De schimmelsporen worden gemakkelijk overgebracht door de wind, spattend water van beregening en regen, en kleding van medewerkers, gereedschap en machines.

Gebruik van fungiciden en resistente variëteiten zal de verliezen door deze ziekte sterk verminderen. Teeltpraktijken zoals het onderploegen van plantenresten en snoeien en een grotere plantafstand om voldoende luchtbeweging te bieden, kunnen verliezen eveneens beperken.