Verticillium verwelkingsziekte

Verticillium albo-atrum Verticillium dahliae

Er zijn twee stammen (1 en 2) gemeld.

Verwelking van oudere bladeren begint aan de bladrand en ontwikkelt zich tot een geel en vervolgens bruin V-vormig patroon. Oudere bladeren worden uiteindelijk geel en drogen op. Zieke planten worden in hun groei belemmerd, reageren niet op kunstmest of water en zullen op zonnige dagen overdag verwelken. Wanneer de basis van de hoofdstengel wordt doorgesneden, is een lichte geelbruine verkleuring te zien in het vaatstelsel en door het merg bij de kop. Deze verkleuring strekt zich meestal niet ver omhoog uit, maar kan bij ernstige ziektedruk ook dichter bij de punt van scheuten worden aangetroffen.

De schimmel heeft een extreem breed scala van gastheren en kan meerdere jaren als microsclerotiën overleven in de bodem en in plantenresten. De ziekteontwikkeling wordt bevorderd door vrij lage temperaturen (21-25 °C, 70-77 °F). De schimmel kan de plant binnendringen via wortelwonden door grondbewerking, secundaire wortelvorming en aanvreting door nematoden.

Gebruik van resistente variëteiten is in het algemeen de beste manier om verliezen door deze ziekte te beperken. Fumigatie van de bodem en sterilisatie met zonne-energie blijken de ziekte-incidentie te beperken.